Editie 11, maart 2016
NAVIGATIE VS. SLOW TRAVEL
Bij de opkomst van navigatiesystemen waren veel mensen – ik was er een van - sceptisch over het gebruik ervan. Eerste ervaringen staafden mij daarin. Ik moest in Brabant van A naar B. Het systeem loodste mij langs dorpen en steden en door mooie en lelijke landschappen. Achteraf wist ik niet waar ik die plaatsen en beelden moest situeren, ik wist de namen immers niet. Inmiddels ben ik een fervent gebruiker van autonavigatie. Op (werk)reis, vooral in het buitenland, is het goed om te weten welke de snelste route is. Een belangrijk pluspunt is dat je steeds in beeld hebt wanneer je zult arriveren. Tot zover niets dan goeds dus.
Voorafgaand aan de beurs van Stuttgart presenteerde Hymer een nieuw navigatiesysteem, in samenwerking met TomTom. Ziet er goed uit, allerlei handige functies - we beschrijven ‘m in de rubriek Varia. Navigatie in de camper is handig, bijvoorbeeld om de laatste kilometers naar je overnachtingsplek of een bezienswaardigheid zonder gezoek te rijden, zeker in een stedelijke omgeving. Om een stad uit te rijden in een bepaalde richting komt hij ook vaak van pas, de bewegwijzering is nogal eens anders dan je hoopt. Maar voor het echte toeren tijdens de vakantie is navigatie minder van belang. Immers, heb je een camper om zo snel mogelijk van A naar B te komen? Ik niet. Onze laatste campervakantie, begin deze winter, begon in Den Haag en eindigde in Zuid-Spanje. Daartussen hadden we een lijstje met plekken die we graag wilden zien. De eerste was in Zuid-België. Tot iets voorbij Brussel reden we op de snelweg. De rest van de vakantie hebben we geen snelweg meer gezien. Het was een groot genot om over de comfortabele ‘binnenwegen’ door Frankrijk en Spanje te reizen. Dan zie je nog eens wat. En aan het eind van de dag gaat de navi even aan om de camperplaats te vinden. Maar reizen met de Michelinkaart … daar gaat weinig boven.
Harry Schuring - hoofdredacteur