Nazomer met de camper in Nederland
De zomer van 2018 blijkt een fenomenale nabrander in petto te hebben. Oktober breekt alle warmterecords. Plannen om met de buscamp...
Lees meer »Garnwerd, Sauwerd, Usquert, Aduard … Veel plaatsnamen in Noord-Groningen eindigen op ‘werd’, ‘uert’ of ‘uard’ en herinneren aan de wierden die hier ooit werden opgeworpen. Het landschap bestaat uit vriendelijke dorpen, kronkelende maren (waterlopen), zeedijken, molens en prachtige middeleeuwse kerkjes. Een landschap om van te houden.
De geschiedenis van Noord-Groningen wordt bepaald door de strijd van de bewoners tegen de zee. De eerste Groningers vestigden zich op de hoog opgeslibde kwelders, legden akkers aan en gebruikten de natte en lage gronden voor hun vee. Ze beschermden zich tegen de oprukkende zee door verhogingen (wierden) op te werpen, waarop zij hun boerderijen bouwden.
Garnwerd aan Zee
We starten onze verkenningstocht door Noord-Groningen in het kleine wierdedorp Garnwerd. Het dorpje, achttien kilometer ten noorden van Groningen-stad, ligt aan het Reitdiep, van oudsher de vaarverbinding tussen Groningen en Zoutkamp. Aan het water ligt ‘Garnwerd aan Zee’. Aan zee ligt de uitspanning niet, de naam is een eerbetoon aan het verleden toen het Reitdiep nog verbonden was met de Waddenzee en druk bevaren werd door handels- en vissersschepen op weg naar Groningen. Garnwerd ligt, zoals de naam al verraadt, op een wierde. Het ‘smalste straatje van Nederland’, zoals het drie meter brede pittoreske straatje in elke reisgids wordt genoemd, leidt naar de 13e-eeuwse, protestantse kerk. De molen bij het water maakt de dorpsidylle compleet.
Van Garnwerd rijden we over smalle binnenwegen naar Aduard. Het passeren van tegenliggers levert geen problemen op, je ziet ze van verre aankomen en er zijn voldoende uitwijkmogelijkheden. Van de vele tientallen kloosters die ooit in Groningen stonden, zijn nauwelijks sporen terug te vinden. In een van de oudste huizen van het dorp Aduard is het kleine museum St.-Bernardushof gevestigd. In het museum krijg je een indruk van de macht en de omvang van het klooster. Een enthousiaste museumgids neemt je mee naar de 13e-eeuwse voormalige ziekenzaal van het klooster – nu een kerk.
Wierdenland
In Ezinge maken we een stop bij Museum Wierdenland. Het museum ligt aan de toegangsweg naar de wierde. Landschap, Ezinge en wierden zijn de drie thema’s aan de hand waarvan de bezoekers de geschiedenis van het Nationaal Landschap Middag-Humsterland ontdekt. Bijzonder zijn de reconstructie van een woonstalhuis en een spectaculaire vondst uit de wierde van Bouwerd: een dubbel paardengraf met hond.
De Theefabriek in Houwerzijl is vermaard: theemuseum, theeschenkerij en een winkel vol geurende theesoorten. In de voormalige kerk of – bij zonnig weer – het terras kun je genieten van een overheerlijke high tea.
Fryslân heeft zijn stinzen, Groningen zijn borgen. Deze ‘steenhuizen’ werden in de 13e en 14e eeuw gesticht als versterkt huis, een soort kasteel. In de 16e eeuw verloren deze hun functie en groeiden veel borgen uit tot buitenplaatsen. Verhildersum bij Leens is een prachtig voorbeeld van een borg. Vanaf het parkeerterrein wandel je langs het arbeidershuisje, de akkers met oude gewassen en de hoogstamboomgaard naar de borg. De vertrekken in het huidige gebouw zijn 19e-eeuws ingericht en geven een beeld van de leefwijze van de toenmalige bewoners.
In Niehove, volgens velen het mooiste wierdedorp van Groningen, leiden alle wegen naar het centrum waar op het hoogste punt de van oorsprong 13e-eeuwse kerk staat. In de kerk is het bezoekerscentrum Wierdedorp Niehove gevestigd. Langs de kerkring staat het 17e-eeuwse café Eisseshof dat het middelpunt van het dorpsleven is.
Tussen zee en meer
Ooit was Zoutkamp de poort naar Groningen. Voor schepen was de doorgang via de Lauwerszee en het Reitdiep de enige route om naar de stad Groningen te varen. Tot 1960 had Zoutkamp een grote vissershaven, maar toen de Lauwerszee werd afgesloten verloor het dorp deze belangrijke positie. Het dorp heeft nog wel de uitstraling van een ouderwets vissersdorp, dankzij de monumentale sluizen, de drukke oude binnenhaven, de kleurige vissershuisjes en het Visserijmuseum.
De N361 loopt langs de rand van het Lauwersmeer naar Lauwersoog. Onderweg passeer je de vogelkijkhut Jaap Deensgat. De kans bestaat om hier lepelaars te spotten die naar kleine visjes lepelen. De roerdomp en het porseleinhoen komen hier voor en verder vele trekvogels en dwaalgasten. Lauwersoog ligt op de grens van het Unesco Werelderfgoed Waddenzee en Nationaal Park Lauwersmeer. In en rond de haven van Lauwersoog heerst volop bedrijvigheid. Vissersschepen, voornamelijk garnalenkotters, varen de haven binnen om hun vangst aan land te brengen. Verse vis kun je eten in een van de vele restaurants langs de haven. De eerste nacht van onze ontdekkingsreis door Noord-Groningen brengen we door op de groene camping Beleef Lauwersoog, camperen tussen zee en meer.
Dikke boeren van de klei
De volgende dag zetten we via Warffum koers naar de Waddenkust. Warffum ligt in het Hoogeland, het gebied dat zich als een waaier uitstrekt ten noorden van de stad Groningen. Dit was het land van de ‘dikke boeren van de klei’, de herenboeren die hun geld verdienden met de teelt van aardappelen en graan op de vruchtbare kleigronden. Ze waren rijk en vooruitstrevend in hun bedrijfsvoering, maar feodaal in de omgang met de landarbeiders. De naam Hoogeland verwijst naar de relatief hoge ligging van het land, ontstaan door de aanslibbing van de zee. Het landschap bestaat uit vriendelijke wierdedorpen, kronkelende maren (waterlopen), dijken, molens en prachtige middeleeuwse kerkjes en kerkhoven.
De intieme dorpskern loopt ongemerkt over in het Openluchtmuseum Het Hoogeland. Dit bestaat uit zestien ingerichte panden waaronder een lagere school, de kosterij, het dorpscafé Bie Koboa, een daglonerswoning en het schippershoes. Als je door de vier straatjes loopt en de exposities en stijlkamers in de panden bekijkt, ervaar je het dagelijkse leven in Groningen rond 1900. Warffum is het geboortedorp van zanger en dichter Ede Staal (1941-1986). Als geen ander wist hij het Groningen-gevoel te vangen in liedjes over het leven in ‘mien Hogelaand’.
Menkemaborg: luxe in de 18e eeuw
Niet ver van Warffum ligt Uithuizen. Aan de rand van het dorp staat de Menkemaborg, de trots van Noord-Groningen. Een lange, statige oprijlaan met bomen, twee bruggen en een voorplein vormen de entree tot deze indrukwekkende borg. De Menkemaborg werd gebouwd in de 14e eeuw en was van oorsprong een verdedigbaar ‘steenhuis’ dat in de loop van de eeuwen is vergroot. Boven de toegangsdeur is het wapen van het echtpaar Unico Allard Alberda van Menkema en Everdina Cornera van Berum aangebracht. Zij waren verantwoordelijk voor ingrijpende verbouwing in 1705 tot een luxueus buitenhuis. De Menkemaborg geeft een indruk van het weldadige leven op een borg in de 18e eeuw waar de Groninger adel woonde, feestte en musiceerde. Rond het huis ligt de tuin die gereconstrueerd werd volgens het originele tuinplan uit 1705. In het ‘schathuis’, de voormalige boerderij van de borg, is een café-restaurant gevestigd.
Waddenbeleving
Pieterburen kun je niet missen. Hotel Waddenweelde is het kloppend hart van het dorp. De entree van de Zeehondencrèche ligt naast het hotel en de receptie fungeert als startpunt van Wadlopen Pieterburen. Een eenvoudig bord tegen de gevel markeert het startpunt van het 490 kilometer lange wandelpad van Pieterburen naar de St Pietersberg.
Maar voor een echte Waddenbeleving moeten we naar Noordpolderzijl. Vanuit Usquert is het enkele kilometers rijden langs de kaarsrechte Zijlriet door de weidse Noordpolder. Dit is Groningen op zijn mooist. Staand op de dijk heb je aan de ene kant uitzicht over de Waddenzee met zijn zandplaten en kwelders en aan de andere kant over de lege polders. Buitendijks ligt de kleinste zeehaven van Nederland. Eb en vloed hebben hier vrij spel en alleen bij hoogtij is het mogelijk dit unieke haventje in en uit te varen. Aan de voet van de zeedijk ligt ’t Zielhoes. In deze voormalige sluiswachterswoning is een nostalgisch bruin café gevestigd.
Toch is Noordpolderzijl niet het noordelijkste puntje van Groningen. Vanuit Uithuizermeeden eindigt de weg naar de kust onder de dijk van de Emmapolder. De Noordkaap wordt gemarkeerd door het kunstwerk ‘De Hemelpoort’, een stalen poort van circa 2,5 m hoog. Behalve schapen en een serie windmolens vind je hier alleen maar leegte, lucht en water. Kijk je richting Delfzijl dan doemt het industriecomplex van de Eemshaven aan de horizon op.
Vanaf de Noordkaap volgen we de kustlijn naar Termunterzijl, een vissersplaatsje ten zuiden van Delfzijl. We overnachten op de plaatselijke camping Zeestrand. ‘Ziel’ was vroeger een vissershaven en is tijdens de Franse Bezetting een garnizoensplaats geweest. Boven de oude sluis staat de Boog van Ziel, een brug uit 1725 die versierd is met de wapens van de zijlvesten (waterschappen) uit Groningen. Op informatiepanelen in en rond de sluis wordt de geschiedenis van de sluis en het dorp belicht. En wie meer wil weten kan het kleine Visserijmuseum of het gemaal Cremer bezoeken.
Groninger Kerken
De Stichting Oude Groninger Kerken zet zich in voor het behoud van historische kerken en kerkjes. In bijna elk dorp staat, dikwijls op de top van de wierde, een eeuwenoude kerk. Vrijwel elke kerk heeft een bord naast de ingang met een korte geschiedenis. Naast de voordeur prijkt een schild waarop staat waar de ‘sleutel te bevragen’ is. In Godlinze opent de beheerder de Pancratiuskerk en leidt ons rond. De geschiedenis van de kerk gaat terug tot 1100 toen hier een tufstenen kerkje werd gebouwd dat in de loop der eeuwen werd herbouwd, verhoogd, uitgebreid en gerestaureerd. Bij het verwijderen van de pleisterlagen in de kerk van Godlinze kwam zowat de volledige laag met 16e-eeuwse beschilderingen tevoorschijn, vertelt de beheerder enthousiast.
Hangende keukens
Tot slot rijden we naar Appingedam. De rijke geschiedenis van het stadje weerspiegelt zich in in de imposante Nicolaikerk, het Raadhuis, in 1630 gebouwd in renaissancestijl, de monumentale panden langs de Solwerderstraat en natuurlijk het Damsterdiep. Ooit was Appingedam een bloeiend handelscentrum aan de Delf (het huidige Damsterdiep), die een open verbinding met de zee vormde. De kooplieden dreven handel met Noord-Duitsland, het Oostzeegebied, Scandinavië en Westfalen. Vanaf de Vrouwenbrug heb je mooi zicht op de ‘hangende keukens’. Toen de pakhuizen langs het Damsterdiep in gebruik werden genomen als woonhuizen, boden deze te weinig ruimte voor een keuken waarop werd besloten de keukens tegen de huizen te bouwen.
Op weg naar Groningen-stad maken we nog een keer een kleine omweg voor zon karakteristiek Gronings kerkje: Wittewierum. Verscholen in het groen is het kerkje uit 1863 niet de mooiste of oudste kerk, maar het staat wel op een plek met een lange geschiedenis die teruggaat tot abt Emo. Over deze abt, zijn kroniek en zijn reis naar Rome kom je alles te weten in het kerkje. Op het verstilde kerkhof staat tussen de graven het intrigerende kunstwerk Optima Philosophia Sapiente est Meditatio Mortis van Jan Kuipers. Na een laatste blik op de kerk rijden we door naar Groningen-stad, het kloppend hart van de provincie Groningen.
Tekst: Bartho Hendriksen, foto's: Mary Kuiper, Bartho Hendriksen