In etappes naar Rügen

Duitsland lijkt zo voorspelbaar. Goed georganiseerd, hedendaags, formeel en zelfs een beetje stijf. Op weg naar schiereiland Rügen, het noordelijkste puntje van het land, sneuvelt het ene na het andere vooroordeel. Niet alleen stuiten we op verouderde spoorwegen en haperende wifi, maar vinden we zinderende terrassen, swingende steden en een losse levenshouding.

Zondag gesloten. Maandag en dinsdag rustdag. Het bord bij Naturcamp Zu den Zwei Birken in Duvendiek verraadt de relaxte instelling van de beheerder. We komen het vaker tegen in Duitsland op weg naar Rügen, het grootste eiland van het land. Spertijd vanaf het middaguur tot een uur of drie. De slagboom is en blijft dicht.

Net (niet) over de grens

Midden juni staan we net over de grens voor een dichte poort in Haren. Regenbuien en felle opklaringen wisselen elkaar af. De camping blijkt overvol. Een paar kilometer terug staat bij Moekesgat in Ter Apel de slagboom wel wijd open. Hier geen uitpuilend park, maar rust en ruimte en een hartelijke, gastvrije ontvangst. Blijf maar een paar dagen, zingen de Groningse Sirenen. De verleiding is groot, maar Rügen roept. Niet in de laatste plaats omdat we onderweg wat Hanzesteden willen aandoen en met eigen ogen zien hoe het de inwoners van de voormalige DDR vergaat, dertig jaar na de val van de Berlijnse muur.

Topplek

Het veldje voor trekkers in Ferienzentrum Heidenau loopt tegen het eind van de middag langzaam vol met campers en caravans. De camperplek bij de ingang reden we glad voorbij. Akropolis Athene, niet verrassend een restaurant met een Griekse kaart, is één van de troefkaarten van het park. Een groot zwembad – bijna altijd open met een aangename watertemperatuur van 26 graden Celsius - een tweede. Het zwembad is een aanrader. Anderhalve week later strijken we op de terugweg wel neer op de camperplek. Blinkend schoon sanitair, alle voorzieningen binnen handbereik, geen gedoe met een receptie en een – werkende – automaat maken Heidenau tot een topplek.

Nog even niet naar Lübeck

Het is zaterdag. Vroeg op stap, weinig vrachtverkeer, dus kunnen we lekker opschieten. Mis. Autobahn 1 tussen Bremen en Hamburg is afgesloten. We zien een bord over het hoofd – of wellicht stond dat er niet - en rijden, net als duizenden andere automobilisten, stapvoets dwars door Hamburg. De navigatie gaat uit. Deze probeert ons genadeloos naar de afgesloten weg terug te voeren. We arriveren net na één uur bij Naturpark Prinzenholz te Eutin in Sleeswijk-Holstein om nog precies te zien dat de beheerder zijn kantoortje op slot draait. Eerst maar te voet Eutin verkennen. Het charmante kuuroord is gezegend met een ligging aan de Eutiner See, een marktplein en een station. De volgende dag met de trein naar Lübeck? Goed plan. De kaartjesautomaat blijkt kapot, geen conducteur te bekennen. Een dame probeert tevergeefs een treinkaartje te bemachtigen, durft niet zonder in te stappen en ziet de trein voor haar neus vertrekken. Dan bestellen we de treinkaartjes toch via internet? Dat blijkt in Duitsland anno 2019 evenmin mogelijk.

Kinderkopjes

Lübeck bewaren we voor de terugreis. Op naar Stralsund, met onderweg voldoende tijd voor een tussenstop in Wismar. Het is de eerste Hanzestad die we aandoen. Weinig herinnert tijdens een lome zomerzondag aan de Oost-Duitse historie, of het moeten de kinderkopjes zijn die de straten hun eigen karakter geven. Wismar is tijdens de Tweede Wereldoorlog zwaar gebombardeerd door de geallieerden. Een kwart van de huizen ging in vlammen op. Drie gezichtsbepalende kerken, opgetrokken in baksteengotiek, zijn grotendeels verwoest. De restauratie verloopt traag.

Losse sfeer in Stralsund

Naturcamp Zu den Zwei Birken in Duvendiek is duidelijk niet organisch gegroeid, maar het product van de tekentafel. Daar is overigens niks mis mee. Een fantastisch grasveld, ruime plekken en een fraai uitzicht maken dit tot een prima uitvalsbasis om Stralsund te bezoeken. Deze Hanzestad staat – net als Wismar bijvoorbeeld – op de werelderfgoedlijst van UNESCO. Terecht, zo blijkt. De oude haven, met zicht op de brug naar Rügen, het raadhuis – uiteraard opgetrokken uit baksteen - het spierwitte Ozeaneum met vissen uit de Noord- en de Oostzee, maar vooral de losse sfeer zorgen voor een prettig verblijf. Parkeren lijkt voor campers een probleem, maar dat komt omdat we niet goed opletten. Vrijwel onder de brug is bijvoorbeeld Caravanstellplatz An der Rügenbrücke te vinden. Een kwartiertje lopen en je bent in de oude stad.

Schiereiland

Op de brug die het vasteland met Rügen verbindt krijg je een prachtig uitzicht op Stralsund cadeau. De E251 is grondig onder handen genomen en golft door een aantrekkelijk agrarisch landschap met hier en daar een doorkijkje naar het water. Het schiereiland meet slechts veertig bij vijftig kilometer, maar is daarmee toch te groot om in de krap twee dagen die we hebben grondig te verkennen. We kiezen voor het noordelijkste puntje van Duitsland en komen terecht op de Knaus Camping in de buurt van Altenkirchen. Het hoogseizoen moet nog beginnen. Toch is deze camping, net zoals de bijna dertig andere die er op het schiereiland te vinden zijn, volledig uitverkocht. We kunnen wel terecht op een parkeerplaats bij de ingang. Er is elektriciteit uit een automaat en zicht op zee. Prima dus.

Fietsen op Rügen

Kaap Arkona is alleen te bereiken met openbaar vervoer, te voet of met de fiets. De vuurtoren bovenop de witte klif domineert het landschap. Op de kaap zijn onder andere een marinemuseum en bunkers voor een onderzeeboot te bekijken. Het is aangenaam fietsen tussen de gele korenvelden, onder een blauwe hemel, begeleid door het ruisen van de Oostzee. Het eeuwenoude vissersdorpje Vitt telt nog één vissersfamilie en een visrokerij, pal aan het strand. Een dammetje beschermt het dorpje en de bootjes tegen de golven. Er zijn mindere plekken denkbaar om afscheid van Rügen te nemen.

Kleuterleidsters

Via Wiek aan de L30 en een pontje gaat het naar het vasteland, richting Schwerin. De temperatuur op Seecamping Flessenow is opgelopen tot ver boven de dertig graden. De ligging aan de Schweriner See biedt enige verkoeling. De volgende dag fietsen we over goeddeels vrijliggende fietspaden naar de hoofdstad van Mecklenburg-Voor-Pommeren. Een van de trekpleisters is het paleis van Schwerin, bewoond door generaties hertogen en andere hoogwaardigheidsbekleders. In de DDR-tijd bood het paleis onderdak aan een school voor kleuterleidsters. Nu is het parlement van de deelstaat er gevestigd.

Gotisch Lübeck

Het is tijd voor de laatste en grootste Hanzestad op deze trip. Niemand schreef mooier over Lübeck dan kind van de stad en Nobelprijswinnaar Thomas Mann in zijn eerste roman Buddenbrooks. Het huis van de koopmansfamilie is nog altijd in de Altstadt van Lübeck te vinden. Aan de oevers van de Trave spiegelen de imposante pakhuizen in het water. De Marienkirche behoort tot de hoogtepunten van de baksteengotiek. De duivel zelf zou bij de bouw betrokken zijn geweest. Toen deze merkte dat er een kathedraal verrees en geen wijnlokaal zoals hem verteld was dreigde hij de kerk te vernietigen. De belofte om naast het gebouw een wijnkelder neer te zetten bracht de gemoederen tot bedaren. Toeval of niet: Lübeck barst van de restaurants en terrassen.

Digitaal spoor

De A31 is bij Leer helemaal afgesloten. De oorzaak is onbekend. Waarom lijkt Duitsland – en dan niet alleen de voormalige DDR –achter te lopen bij Nederland? Is het de beroerde wifi op de campings? De gele sigarettenautomaten die je nog overal ziet? De voorliefde voor cash? Of zou het zo kunnen zijn dat de Duitsers meer hechten aan hun privacy dan Nederlanders die overal een digitaal spoor van jewelste achterlaten? Vertrouwen zij De Staat minder, wat gezien het verleden wel logisch zou zijn? Terug bij Moekesgat in Ter Apel zijn we er met 1994 kilometer op de teller nog niet uit. Vooroordelen verdampt. Trip geslaagd.

Tekst en foto’s: Leon van Velzen

Laat een reactie achter

U bezoekt de website in Internet Explorer, deze browser is verouderd. Wij kunnen u niet garanderen dat de website optimaal functioneert. Wij raden u aan een andere browser te gebruiken.